Duitsland domineert niet langer op EK: ‘Juist goed dat niet één team favoriet is’

Dit EK voetbal zijn Zweden, Frankrijk en Engeland de grote favorieten. En vlak ook Spanje, Denemarken en Nederland niet uit in de race om de titel. Maar nog niet zo lang geleden was er eigenlijk maar één echte favoriet voor de beker: Duitsland.

Van de twaalf EK’s die er werden georganiseerd, won Duitsland er maar liefst acht. Van 1995 tot 2013 domineerde die Frauschafft Europa.

Maar de laatste jaren is de grootmacht ingehaald. In 2016 won Duitsland nog goud op de Olympische Spelen, sindsdien kwam het op de grote toernooien niet verder dan de kwartfinales. Voor de Spelen van Tokio wist het zich niet eens te kwalificeren.

Die Rekordmeister begint vanavond tegen Denemarken dan ook niet als een van de favorieten aan het EK. Maar waar staat de ploeg nu dan wel?

“Dat vraagt iedereen in Duitsland zich af, en ik denk dat het team het zélf eigenlijk ook niet weet”, lacht sportjournaliste Jana Lange na de laatste persconferentie van het Duitse team in Londen. Ze volgt het Duitse vrouwenelftal al jaren voor SID-media.

Lastig voorspellen

Lange noemt het elftal van nu een bijzonder interessant team, waarvan lastig te voorspellen is hoe ver ze dit toernooi kunnen komen. “Ze speelden in recente wedstrijden vaak slecht, maar konden ook ineens verrassen”, zegt ze doelend op de uitzwaaiwedstrijd tegen Zwitserland, die de Duitsers met 7-0 wonnen.

Dat Duitsland door andere landen voorbij wordt gesneld heeft te maken met de groei die de andere teams doormaken, maar ook met het gegeven dat Duitsland jarenlang geen bondscoach had die klikte met het elftal, legt Lange uit.

Na de Spelen van 2016 stopte Silvia Neid na elf zeer succesvolle jaren als bondscoach. “Dat was een breekpunt. Met haar opvolger Stephie Jones boterde het vervolgens totaal niet. Dat heeft wat met het zelfvertrouwen van het team gedaan.”

Nog een interim-bondscoach later speelt Duitsland inmiddels onder Martina Voss-Tecklenburg, die in 2019 de taak kreeg de ploeg weer op te bouwen.

Veel van de sterspeelsters uit de succesjaren hebben afscheid genomen, het zijn de jonkies als Jule Brand, die het nu moeten gaan doen. “Duitsland zit in een overgangsfase, maar het wordt nu wel echt tijd om de volgende stap te zetten.”

Telt niet meer

Bondscoach Martina Voss-Tecklenburg weet in ieder geval wat winnen is. Ze werd als speelster maar liefst vier keer Europees kampioen met Duitsland. Ze erkent: Duitsland was misschien de beste, maar nu telt dat niet meer.

“Dat is verleden tijd. Nu kijken we slechts naar de toekomst”, zegt Voss-Tecklenburg vanachter de persconferentietafel van het Brentford Community Stadium.

“Natuurlijk willen we wat bereiken dit toernooi, maar tegelijkertijd is het mooi dat het internationale vrouwenvoetbal zich zó ontwikkeld heeft dat er nu wel zes of zeven landen kunnen winnen. Het is juist goed dat er niet één team de favoriet is.”

Bovendien, zegt ze: “In de tijd dat ik nog voor Duitsland speelde, deden er nog maar acht landen mee in de strijd om de Europese titel, inmiddels is dat het dubbele.”

Hoop

Met EK 2017-finalist Denemarken en outsider Spanje zit Duitsland in ieder geval in een van de zwaarste poules van dit EK. Maar waar ‘s werelds beste speelster Alexia Putellas op het laatste moment geblesseerd uitviel bij de Spanjaarden, keert belangrijke schakel Martina Hegering bij Duitsland juist weer terug.

Op een EK moet alles maar net goedvallen, en bondscoach Voss-Tecklenburg hoopt dan te profiteren van eventuele onderschatting door de andere teams.

Stiekem dromen

Dat Duitsland niet langer bovenaan de lijstjes van de bookmakers staat, betekent overigens niet dat er in het land zelf niet stiekem wordt gedroomd over succes.

“De verwachtingen zijn bij ons altijd hoog als het op voetbal aankomt”, zegt sportjournalist Lange. “De Duitsers herinneren zich het succes uit het verleden maar al te goed. Met dat in het achterhoofd, hopen ze op een mirakel én mooi voetbal.”

NOS Voetbal